Begin november 2017 heeft het gerechtshof in Den Bosch beslist dat de woonwagenbewoner, die door het PILP werd bijgestaan, in zijn woonwagen mag blijven wonen. De gemeente moet hem als huurder erkennen en mag hem en zijn wagen niet van het terrein ontruimen.
De woonwagenbewoner moest vanwege het zogenaamde uitsterfbeleid van de gemeente Oss zijn woonwagen verlaten. Hij woonde met zijn moeder in een woonwagen. Toen zijn moeder plotseling overleed mocht hij op basis van dit uitsterfbeleid niet in zijn woonwagen blijven wonen.
Volgens het PILP is het uitsterfbeleid in strijd met de mensenrechten en de jurisprudentie van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens. Het PILP wilde het beleid laten toetsen door een rechter. Samen met de woonwagengemeenschap was besloten de zaak van deze woonwagenbewoner, als een goed en pijnlijk voorbeeld van het uitsterfbeleid, op te pakken.
Het ging echter om een lastige juridische kwestie. We vonden de advocaten van Kennedy van der Laan bereid om ons, in het kader van hun pro bono beleid, te helpen. Huurrecht specialisten en bestuursrecht advocaten van dit kantoor werkten samen met de mensenrechtendeskundigen van het PILP. De procedure bij de rechtbank werd gewonnen en nu dus ook in hoger beroep.
Helaas hebben zowel de rechtbank als het gerechtshof nagelaten om meer in het algemeen iets te zeggen over het uitsterfbeleid of de mensenrechten die spelen in deze zaak. Toch zijn we erg blij met het behaalde resultaat. Voor de woonwagenbewoner, omdat hij in zijn woonwagen mag blijven wonen en voor de woonwagengemeenschap, omdat het PILP heeft laten zien dat een juridische procedure een middel kan zijn om hun (mensen)rechten te beschermen.
Deze zaak hadden we niet kunnen voeren en winnen zonder de geweldige inzet van de advocaten van Kennedy van der Laan, onze PILP en NJCM vrijwilligers en natuurlijk de mensen vanuit de woonwagengemeenschap.
Lees hier meer over inzet van het PILP rond het uitsterfbeleid.